24 juli 2020 - 11 min leestijd
Herfinancieringen buiten beschouwing gelaten, daalde het aantal kredietaanvragen in het tweede trimester van 2020 met 23% ten opzichte van het tweede trimester van 2019. Ook in bedrag was er een daling met meer dan 16%.
In het tweede trimester van 2020 werden er bijna 53.500 hypothecaire kredietovereenkomsten afgesloten voor een totaalbedrag van ongeveer 7,5 miljard EUR (exclusief herfinancieringen). Dit is een daling van het aantal verstrekte kredietovereenkomsten met ongeveer 23,5% ten opzichte van het tweede trimester van vorig jaar. In bedrag werd er 19% minder krediet verstrekt dan toen. Dat blijkt uit de statistieken inzake hypothecair krediet die de Beroepsvereniging van het Krediet (BVK) vandaag heeft gepubliceerd.
De 58 leden van de BVK nemen samen ongeveer 90% van het totaal aantal nieuw verstrekte hypothecaire kredieten (de zogeheten productie) voor hun rekening. Het totale uitstaande bedrag aan hypothecair krediet van de BVK-leden bedraagt eind juni 2020 ongeveer 238 miljard EUR.
Daar waar de daling van de kredietverlening in het eerste trimester van het jaar nog hoofdzakelijk toe te schrijven was aan de afschaffing van de woonbonus in Vlaanderen vanaf eind 2019 en de vele kredieten die om die reden nog voor het jaareinde gesloten werden, liggen de beperkende regeringsmaatregelen met betrekking tot de coronacrisis in grote mate aan de oorsprong van de sterke daling van de kredietaanvragen en -verlening in het tweede trimester. De impact ervan verschilde bovendien sterk van maand tot maand.
Ingevolge de coronacrisis en de ermee gepaard gaande regeringsmaatregelen zoals het verbod op niet-essentiële verplaatsingen, sluiting van niet-essentiële sectoren, enz. werd het verlijden van notariële akten in het notariskantoor in de loop van het tweede trimester tot een minimum beperkt, al werden dossiers die al waren opgestart, verder afgewerkt en kwamen na verloop van tijd alternatieven ter beschikking (videoconferentie met verlijden van de akte op afstand, ondertekening via volmacht, …). Door de maatregelen kende ook het aantal vastgoedtransacties een sterke daling in de maanden april en mei.
Wanneer voor het krediet een akte moet verleden worden bij de notaris, zal het pas in de statistieken worden opgenomen wanneer deze akte verleden is.
De situatie verschilde dan ook sterk van maand tot maand. In april werden bijna de helft minder kredieten verleend, vooral voor de aankoop, de bouw of de aankoop met verbouwing van een woning. In de maanden mei en juni herstelde de situatie zich enigszins, maar werden toch nog tussen 12% tot 14% minder kredieten verstrekt. De stijging van het aantal kredietaanvragen in de loop van de maand juni wijst mogelijks op een verder herstel van de normale situatie in de komende maanden.
De zeer lage rentevoeten voor hypothecaire kredieten van de voorbije jaren waren nochtans nog steeds van toepassing in het tweede trimester van 2020. Volgens cijfers gepubliceerd door de Nationale Bank van België bedroegen die in mei tussen 1,52% (voor kredieten met een veranderlijke rentevoet en een initiële periode van rentevastheid van meer dan 10 jaar) en 2,06% (voor kredieten met een initiële rentevaste periode van meer dan 1 jaar en minder dan 5 jaar).
Hieronder vindt u de belangrijkste vaststellingen voor het tweede trimester van 2020 in vergelijking met het tweede trimester van 2019:
Het aantal kredietaanvragen, zonder deze die betrekking hadden op een externe herfinanciering, kende in de loop van het tweede trimester van 2020 een daling met meer dan 23% ten opzichte van hetzelfde trimester van vorig jaar. Het onderliggende bedrag van de kredietaanvragen daalde eveneens met meer dan 16%.
Het aantal kredietaanvragen daalde voor alle doeleinden. De kredietaanvragen voor de aankoop van een woning (-15.520) daalden met 27,2%, deze voor de aankoop + renovatie van een woning (-761) met 14,1%. Ook het aantal kredietaanvragen voor de bouw van een woning (-2.361, hetzij -19,8%) en voor de renovatie van een woning (-2.870, hetzij -14,9%) kenden een daling, evenals het aantal kredietaanvragen voor andere doeleinden (-1.834, hetzij -25,2%). Ook het aantal aanvragen voor externe herfinancieringen kende een daling met 6,5%.
Garage, bouwgrond …
April en mei kenden een sterke daling met respectievelijk 40% en 32%. In juni volgde daarentegen een stijging met 24% ten opzichte van juni vorig jaar.
In het tweede trimester van 2020 daalde het aantal verstrekte kredieten, externe herfinancieringen buiten beschouwing gelaten, met 23,5% ten opzichte van het tweede trimester van 2019. Het overeenstemmende bedrag daalde met 19%.
In de loop van de maand april was er de sterkste daling, met ongeveer de helft (-46%), ten opzichte van dezelfde maand in 2019. Ook in mei (-13,6%) en juni (-12,4%) was er nog een daling, maar minder uitgesproken.
Het totaalbedrag van de in het tweede trimester verstrekte kredieten valt daarmee terug tot onder het – weliswaar nog steeds hoge – niveau van 2016.
Er werden in het tweede trimester van 2020 iets meer dan 53.000 nieuwe kredieten verstrekt voor een totaalbedrag van ongeveer 7,5 miljard EUR – externe herfinancieringen buiten beschouwing gelaten.
Ten opzichte van het tweede trimester van vorig jaar was er een daling waar te nemen voor alle bestemmingen.
Het aantal kredieten voor de aankoop van een woning (-9.942) lag in het tweede trimester van 2020 27% lager dan in het tweede trimester van 2019. Het aantal kredieten voor aankoop met verbouwing (-364) kende een daling met 12,2%, terwijl het aantal bouwkredieten (-2.694) 29,4% lager lag. Het aantal kredieten voor andere doeleinden (-992) kende een daling met 19,2%. Ook het aantal kredieten voor de renovatie van een woning kende een daling, nl. -15,2% of 2.374 kredieten minder dan in het tweede trimester van 2019.
Daarnaast kende ook in het tweede trimester van 2020 het aantal externe herfinancieringen nog als enige een stijging met 11,7%. Er werden meer bepaald bijna 9.000 externe herfinancieringen verstrekt voor een totaal bedrag van iets minder dan 1,2 miljard EUR.
Het gemiddelde bedrag van een krediet voor de aankoop van een woning + renovatie kende in het tweede trimester een sterke stijging tot bijna 199.000 EUR.
Ook het gemiddelde bedrag van een krediet voor de aankoop van een woning bleef in het tweede trimester van 2020 stijgen tot bijna 175.000 EUR. Dit is een stijging met 17.000 EUR op twee jaar tijd.
Het gemiddelde bedrag van een krediet voor de bouw van een woning kende in het tweede trimester van 2020 een opmerkelijke stijging tot 194.000 EUR.
In het tweede trimester van 2020 kozen bijna 9 op 10 kredietnemers (88,1%) voor een vaste rentevoet of een veranderlijke rentevoet met een initiële periode van rentevastheid van minimum 10 jaar. Ongeveer 9% van de kredietnemers opteerde voor een veranderlijke rentevoet met een initiële periode van rentevastheid tussen 3 en 10 jaar. Het aantal kredietnemers dat voor een jaarlijks veranderlijke rentevoet opteerde beperkte zich tot ongeveer 2,7%.
Rekening houdend met de nog steeds zeer lage rentevoeten (zie grafiek hierna) blijft de Belgische consument dus in overgrote mate kiezen voor zekerheid. Toch kiest ook ongeveer 12% voor een veranderlijke rentevoet. Een zeer beperkt aantal daarvoor opteert nog voor een jaarlijks veranderlijke rentevoet. Maar ook in geval van een veranderlijke rentevoet wordt de consument door de wetgeving ten zeerste beschermd. Zo kan de veranderlijke rentevoet na aanpassing aan de evolutie van de toepasselijke referte-indexen nooit meer bedragen dan het dubbele van de initiële rentevoet.
De kredietsector is en blijft zich ervan bewust dat hypothecaire kredietverlening met grote zorg moet gebeuren en dat verantwoorde kredietverlening het absolute uitgangspunt moet blijven. Op dat punt zit de sector op dezelfde lijn als de toezichthouder: de kredietverstrekkers moeten de nodige voorzichtigheid aan de dag leggen om enerzijds maximaal te vermijden dat individuele kredietnemers te omvangrijke leningen zouden aangaan, en anderzijds op termijn de financiële stabiliteit te vrijwaren.