13 min leestijd
Ben je een particulier en heb je een consumentenkrediet op afbetaling dat werd aangegaan voor 1 mei 2020 of valt de nulstellingstermijn van je kredietopening in de periode tussen 1 februari en 31 maart 2021, dan kan je, voor maximum 3 maanden, bij je bank/ kredietgever uitstel van betaling op je krediet op afbetaling of een verlenging van de nulstellingstermijn van je kredietopening krijgen. Wel moet je aan een paar voorwaarden voldoen.
Nulstellingstermijn : uiterste termijn waarbinnen het uitstaande saldo dient betaald te worden, m.a.w. het saldo van de kredietopening op “nul” moet gebracht worden..
Voor kredieten op afbetaling (m.a.w. een lening of een verkoop op afbetaling) kan een uitstel van betaling van de (maand)termijnen worden gevraagd. Op basis van de richtsnoeren van de Europese Bankautoriteit (EBA) van 2 december 2020, mag een betalingsuitstel voor consumentenkredieten en hypothecaire kredieten met roerende bestemming alleen worden toegekend aan die kredieten toegekend voor 1 mei 2020.
Voor kredietopeningen kan enkel een verlenging van de nulstellingstermijn gevraagd worden. Indien de kredietopening voorziet in de betaling van een maandelijks minimumbedrag, dient dit minimumbedrag verder te worden betaald, ook tijdens de uitstelperiode. Er is immers voor kredietopeningen niet voorzien in het uitstel van betaling van maandtermijnen.
Ja, de maandelijkse terugbetaling van het kapitaal en interesten van het betrokken krediet moet minstens 50 euro per maand bedragen, zowel voor de consumentenkredieten op afbetaling als voor de hypothecaire kredieten met een roerende bestemming.
De verplichting tot verlenging van de nulstellingstermijn is enkel van toepassing op de kredietopeningen waarvoor de wet in een verplichte nulstellingstermijn voorziet, m.a.w. toepassing van artikel VII.95, §2, of VII.147/10, §2,WER, dus niet op geoorloofde debetstanden op een rekening die binnen een maand moeten worden afgelost.
Er moet verplicht betalingsuitstel van het betrokken consumentenkrediet of verlenging van de nulstellingstermijn toegestaan worden als aan elk van de drie volgende voorwaarden is voldaan :
1. Je lijdt een inkomensverlies ten gevolge de coronacrisis. Je inkomen daalt dus of valt weg door bijvoorbeeld :
tijdelijke of volledige werkloosheid
ziekte ten gevolge van Covid-19
sluiting van je zaak
beperkende maatregelen op initiatief van de autoriteiten ten gevolge van COVID-19
Indien er meerdere personen officieel op hetzelfde adres wonen, is het voldoende dat één van deze personen een inkomensverlies lijdt ten gevolge van de coronacrisis om aan deze voorwaarde te voldoen, ook wanneer het krediet niet op zijn of haar naam, maar op de naam van één van de andere personen werd aangegaan.
2. Je vraagt zelf om een uitstel van terugbetaling of van verlenging van nulstellingstermijn van je krediet;
3. Er is geen betalingsachterstand van het betrokken krediet van meer dan één maand op 1 januari 2021.
Indien op het moment van de aanvraag tot betalingsuitstel het totaal roerend vermogen op zicht- en spaarrekeningen en in een beleggingsportefeuille cumulatief bij de eigen of een andere bank groter is dan 25.000 euro, is de kredietgever niet meer verplicht om het uitstel van de terugbetaling of van de nulstellingstermijn toe te staan. Pensioensparen wordt hier niet in meegerekend. Het bewijs hiervoor kan geleverd worden mits een verklaring op eer door de kredietnemer.
N.B. : pensioensparen in welke vorm dan ook (VAPZ, IPT, …) valt buiten de regeling. Dat geld is immers niet onmiddellijk voor de afbetaling van de lening.
Verklaring op eer
Er kan in verband met de voorwaarden hierboven gebruik gemaakt worden van een “verklaring op eer”, waarin je verklaart in overeenstemming te zijn met de verschillende gestelde voorwaarden (waar gevraagd met toevoeging van de vereiste bewijsstukken).
Het inkomensverlies wordt beoordeeld op het ogenblik van de aanvraag tot uitstel.
Er kan tijdelijk uitstel van terugbetaling van een lening of verkoop op afbetaling, net zoals verlenging van de nulstellingstermijn in geval van kredietopeningen aangevraagd worden tot en met 31 maart 2021. Opgelet: het aangevraagde betalingsuitstel moet ook uiterlijk 31 maart 2021 door de kredietgever zijn toegestaan.
De aanvraag voor betalingsuitstel moet tijdig en voor een periode van maximum 3 maanden worden ingediend.
Een voorbeeld : een aanvraag ingediend in januari loopt voor de maanden februari, maart en april. Een aanvraag ingediend in februari loopt voor de maanden maart, april en mei, ….
Ter informatie: de betalingsuitstellen toegestaan in het kader van de eerste en de tweede regeling mogen samen nooit meer dan 9 maanden betreffen.
Er moet gemiddeld genomen gerekend worden met een verwerkingstermijn van 10 kalenderdagen. Bijvoorbeeld : de aanvraag tot betalingsuitstel beginnend op 01.03.2021 moet ten laatste op 19.02.2021 worden ingediend.
Aangezien de einddatum voor de toekenning van een betalingsuitstel vastgelegd is op 31.03.2021, moet deze aanvraag bijgevolg ten laatste worden ingediend op 21.03.2021. Geen enkel toegestaan betalingsuitstel kan bijgevolg verder reiken dan einde juni.
Het betalingsuitstel kan enkel bekomen worden voor toekomstige maandtermijnen.
Betalingsuitstel op basis van de nieuwe wet start dus ten vroegste vanaf de vervaldag van de maand februari.
Het aangevraagde uitstel (zie vorige vraag) moet verplicht toegestaan worden indien aan de voorwaarden is voldaan en kan maximaal 3 maanden bedragen.
Er kan enkel een verplicht betalingsuitstel verkregen worden voor nog toekomstige aflossingen. Hetzelfde geldt voor een nulstellingstermijn, die nog niet mag overschreden zijn.
Neen, de bank/kredietgever rekent daarvoor geen boetes, dossier- of administratieve kosten aan. De wet bepaalt immers: ”Er worden geen dossierkosten, noch nalatigheidsinteresten noch enige andere kosten aangerekend voor het uitstel van betalingen in het kader van de toepassing van dit artikel, met uitzondering van de contractueel bedongen debetrentevoet en eventuele kosten bij normale uitvoering van het contract, berekend op de periode van het uitstel.”
Ja. De wet bepaalt immers dat de kredietgever de uitgestelde intresten voor de overbrugde periode nadien kan verrekenen via een spreiding over de nog resterende terugbetalingstermijnen.
De keuze om een geheel of gedeeltelijk uitstel van terugbetaling van kapitaal en interesten aan te bieden ligt uitsluitend bij de kredietgever. In de meeste gevallen zal uitstel van slechts een gedeelte van de termijnbedragen wellicht niet voorzien worden.
Voorbeeld: onbetaalde maandtermijnen van februari en maart, en er wordt betalingsuitstel verleend voor april, mei en juni.
De verplichtingen met betrekking tot de onbetaalde maandtermijnen die geen voorwerp uitmaken van het betalingsuitstel lopen gewoon verder :
ofwel wordt een oplossing gevonden voor de terugbetaling van de betrokken maanden die geen voorwerp uitmaken van het betalingsuitstel;
ofwel wordt er geen oplossing gevonden. In dit geval (geen aanzuivering van de betalingsachterstand) zal bijvoorbeeld een melding van een betalingsachterstand met betrekking tot die maanden aan de CKP moeten gebeuren van zodra de criteria daartoe bereikt zijn. Er kunnen in dat geval ook de gebruikelijke nalatigheidsinteresten worden gevraagd.
Zie ook vraag “Voor welke periode kan uitstel van betaling bekomen worden?”
De aanvraag tot betalingsuitstel moet alleen verplicht worden goedgekeurd indien aan de voorwaarden vermeld onder punt “Aan welke voorwaarden moet ik voldoen om uitstel van betaling of verlenging van de nulstellingstermijn te krijgen?” is voldaan, met inbegrip van het feit dat op het moment van de aanvraag tot betalingsuitstel het totaal roerend vermogen op zicht- en spaarrekeningen en in een beleggingsportefeuille cumulatief bij de eigen of een andere bank niet groter mag zijn dan 25.000 euro.
Neen, de wetgeving op het consumentenkrediet laat niet toe wijzigingen aan de kredietovereenkomst aan te brengen. De mogelijkheid tot betalingsuitstel is een tijdelijke maatregel die hierop een uitzondering maakt.
Betalingsuitstel kan twee gevolgen hebben voor de rest van het krediet:
De looptijd van het krediet op afbetaling wordt verlengd met het aantal maanden waarvoor betalingsuitstel is verleend.
Een betalingsuitstel van het krediet op afbetaling houdt in dat je gedurende maximum 3 maanden (en dit zowel voor kapitaal als intresten) je krediet neit moet afbetalen. De interesten gedurende het betalingsuitstel worden achteraf verrekend.
Wat de verlenging van de nulstellingstermijn betreft, houdt dit in dat de verplichting tot terugbetaling van het uitstaande saldo van de kredietopening op de uiterste nulstellingsdatum met het toegestane aantal maanden wordt uitgesteld. De intresten lopen verder gedurende de periode van de verlenging van de nulstellingstermijn. De wet voorziet immers: “Tijdens de periode van dit uitstel blijven de op de kredietopening contractueel van toepassing zijnde interesten verschuldigd”.
Opgelet! De wet voorziet wat kredietopeningen betreft enkel in uitstel van de uiterste datum van de nulstelling, niet in betalingsuitstel van het eventueel te betalen minimumbedrag van de kredietopening. Dit moet verder voldaan worden door de kredietnemer tijdens de periode van het betalingsuitstel.
Neen, krijg je een betalingsuitstel in het kader van de coronamaatregel, dan wordt dit niet als wanbetaling geregistreerd in de CKP.
Opgelet!
De wet voorziet wat kredietopeningen betreft enkel in uitstel van de uiterste datum van de nulstelling, niet in betalingsuitstel van het eventueel te betalen minimumbedrag van de kredietopening. Indien dit minimumbedrag niet wordt voldaan, ook tijdens de uitstelperiode, zal overeenkomstig de gebruikelijke criteria op basis hiervan de melding van een wanbetaling aan de CKP moeten gebeuren.
Zie ook vraag “Aan welke voorwaarden moet ik voldoen om uitstel van betaling of verlenging van de nulstellingstermijn te krijgen?”
De bank / kredietgever zal enkele bewijsstukken opvragen om de aanvraag te kunnen opstarten. Dat kan bijvoorbeeld een loonfiche van je werkgever zijn op basis waarvan de tijdelijke werkloosheid kan vastgesteld worden. Het is niet nodig om een print van de maandelijkse aangifte te overhandigen die je werkgever doorstuurt om de uren van tijdelijke werkloosheid mee te delen (de zogenaamde 'ASR 5').
In het geval van zelfstandigen kan op basis van het bewijs van de toekenning van één van de regionale premies (hinderpremie of compensatiepremie Vlaanderen, indemnité wallonne of prime bruxelloise) aangetoond worden dat je actief bent in één van de getroffen sectoren.
Langsgaan bij de bank / kredietgever kan enkel op afspraak. Best kies je ervoor om telefonisch of via een digitaal kanaal (e-mail, chat, mobiele app, … ) contact op te nemen met de bank / kredietgever. Samen kan dan bekeken worden hoe de aanvraag moet ingediend worden. Ook op de website van de bank/kredietgever wordt dit vaak aangegeven.
Een aanvraag indienen kan normaal gezien op verschillende manieren:
indienen per mail of brief met aanhechting van de bewijsstukken
telefonisch indienen met opname van het gesprek
indienen bij het kantoor waar je klant bent
…
Er worden heel wat aanvragen verwacht. Hierdoor kan het enkele dagen duren voor je antwoord krijgt. Er moet gemiddeld genomen gerekend worden met een verwerkingstermijn van 10 kalenderdagen.
Je contacteert je bank / kredietgever best zo snel mogelijk. Je dient rekening te houden met een termijn van enkele dagen om de aanvraag te verwerken. Daarom wordt best aangeraden de aanvraag in te dienen ten laatste 10 kalenderdagen vóór de vervaldag van de betaling. In ieder geval dient een aanvraag tot betalingsuitstel ingediend en goedgekeurd te zijn voor 31 maart 2021. Nadien is dit niet meer mogelijk.
Het eventuele verplichte betalingsuitstel geldt in principe enkel voor toekomstige schulden. Dit betekent onder meer dat het betalingsuitstel met betrekking tot de nulstellingstermijn dient aangevraagd te worden voor het verstrijken van de uiterste nulstellingsdatum.