Hypothecaire kredietverlening in 2021 opnieuw op pre‑corona niveau

28 januari 2022 - 12 min leestijd

De hypothecaire kredietverlening is in 2021 volledig hersteld van de coronacrisis en bereikte opnieuw omzeggens het niveau van het recordjaar 2019.

  • Herfinancieringen buiten beschouwing gelaten, steeg het aantal kredietaanvragen in 2021 met ongeveer 11,5% ten opzichte van 2020, en lag het slechts 0,5% onder het niveau van het recordjaar 2019. In bedrag was er zelfs een stijging met meer dan 19% ten opzichte van 2020, en ook ten opzichte van 2019 lag het aangevraagde bedrag bijna 19% hoger.
  • In 2021 werden, nog steeds herfinancieringen buiten beschouwing gelaten, uiteindelijk bijna 270.000 hypothecaire kredietovereenkomsten afgesloten voor een totaalbedrag van bijna 41,5 miljard EUR, slechts een fractie minder dan in het recordjaar 2019.
  • Vooral in de eerste drie trimesters van 2021 werden keer op keer records gebroken.

Dat blijkt uit de statistieken inzake hypothecair krediet die de Beroepsvereniging van het Krediet (BVK) vandaag heeft gepubliceerd.

De 49 leden van de BVK nemen samen ongeveer 90% van het totaal aantal nieuw verstrekte hypothecaire kredieten (de zogeheten productie) voor hun rekening. Het totale uitstaande bedrag aan hypothecair krediet van de BVK-leden bedraagt eind december 2021 ongeveer 258 miljard EUR.

Volledig hersteld van de coronacrisis

 

In 2020 leidde de impact van de coronacrisis, met de ermee gepaard gaande lockdowns, nog tot een merkbare daling van de hypothecaire kredietverlening, al werd in de tweede helft van dat jaar een inhaalbeweging duidelijk.

Dit krachtige herstel heeft zich in het bijzonder in de eerste drie trimesters van 2021 voortgezet, met ieder trimester nieuwe recordcijfers aan verstrekte kredietbedragen. In het vierde trimester is enige stabilisering opgetreden. Op die manier werd in 2021 omzeggens evenveel krediet verstrekt als in het absolute topjaar 2019.

Zoals in de voorgaande jaren konden kredietnemers ook in het voorbije jaar voortdurend genieten van de zeer lage rentevoeten voor hypothecaire kredieten. Volgens cijfers gepubliceerd door de Nationale Bank van België bedroegen die in november 2021 tussen 1,36% (voor kredieten met een veranderlijke rentevoet en een initiële periode van rentevastheid van meer dan 5 en tot 10 jaar) en 2,16% (voor kredieten met een initiële rentevaste periode van meer dan 1 jaar en minder dan 5 jaar).

"De hypothecaire kredietverlening is volledig hersteld van de coronacrisis. Het jaar 2021 bereikte net niet de cijfers van het recordjaar 2019".
Ivo Van Bulck, Secretaris-generaal van de Beroepsvereniging van het Krediet

Hieronder vindt u de belangrijkste vaststellingen voor het hele jaar 2021, met tevens speciale focus op het vierde trimester.

Bij deze cijfers zijn de herfinancieringen buiten beschouwing gelaten.

Met betrekking tot het hele jaar 2021:

  • Het aantal kredietaanvragen (excl. deze voor herfinancieringen) lag in 2021 11,5% hoger ten opzichte van 2020, en nauwelijks 0,5% lager ten opzichte van het recordjaar 2019. Het bedrag van de kredietaanvragen lag ongeveer 19% hoger ten opzichte van 2020, maar ook ten opzichte van 2019. Er werden 410.000 kredietaanvragen ingediend voor een totaalbedrag van meer dan 71 miljard EUR.
  • Er werden in 2021 uiteindelijk bijna 270.000 hypothecaire kredieten (excl. herfinancieringen) verstrekt voor een totaal bedrag van 41,5 miljard EUR. De verstrekte hypothecaire kredieten zijn in 2021 dus in aantal met meer dan 15% gestegen ten opzichte van 2020, maar ten opzichte van recordjaar 2019 is er wel een daling met bijna 13%. Het overeenstemmende bedrag kende een stijging met 24% ten opzichte van 2020, en nauwelijks een daling met 0,7% ten opzichte van het recordjaar 2019.
  • Ten opzichte van 2020 is er een stijging van het aantal verstrekte kredieten over alle doeleinden heen.  Die stijging is het meest uitgesproken voor de bouwkredieten (+9.700, hetzij +34,5%), de kredieten voor de aankoop van een woning (+16.800, hetzij +14%) en de kredieten voor de renovatie van een woning (+ 7.000, hetzij +12,5%).  Het aantal kredieten voor aankoop met verbouwing (+155, hetzij +1,4%) en voor andere doeleinden (+2.000, hetzij +11%) kenden een minder uitgesproken stijging.
  • Vergeleken met het recordjaar 2019 is het beeld evenwel genuanceerder en is voor alle doeleinden een daling van het aantal verstrekte kredieten merkbaar.  Voor de kredieten voor de aankoop van een woning bedraagt die daling ongeveer 16,5% en de voor de bouwkredieten ongeveer 12%. Voor de renovatiekredieten en de kredieten voor aankoop met verbouwing beperkt die zich tot ongeveer 8%.
  • Ten opzichte van 2020 is er ook in bedrag een algemene sterke stijging en wordt het recordjaar 2019 omzeggens geëvenaard. Vergeleken met 2020 is er een stijging met 44% voor de bouwkredieten en met 19% voor de kredieten voor de aankoop van een woning. Voor de kredieten voor de aankoop met verbouwing is er een stijging met 7% en voor de renovatiekredieten zelfs met +37%.
  • Het aantal externe herfinancieringen (+4.900, hetzij +13%) steeg in 2021 opnieuw ten opzichte van 2020. Er werden in 2021 meer bepaald bijna 42.500 externe herfinancieringen verstrekt voor een totaal bedrag van meer dan 5,5 miljard EUR. 

Een focus op het vierde trimester van 2021 in vergelijking met het vierde trimester van 2020 geeft volgende resultaten. Hierbij moet wel ermee rekening worden gehouden dat vergeleken wordt met een 4de trimester van 2020 waarin een sterke inhaalbeweging plaatsvond ingevolge de coronacrisis die in de eerste helft van 2020 bijzonder hard toesloeg.

  •  Er kan vastgesteld worden dat in het vierde trimester van 2021 bijna 95.000 kredietaanvragen werden ingediend voor in totaal iets minder dan 17 miljard EUR, hetgeen in bedrag niet veel minder is dan in 2020 en 2019.
  • In vergelijking met het sterke vierde trimester van 2020, ingevolge de inhaalbeweging die toen plaatsvond, is het aantal verstrekte hypothecaire kredieten in het vierde trimester van 2021 globaal genomen gedaald (-16%). Vergelijking met het absolute recordtrimester Q4 2019 (ingevolge de afschaffing van de woonbonus in Vlaanderen) is moeilijk, maar ook vergeleken met het vierde trimester van het meer “gewone” jaar 2018 is er een daling van het aantal verstrekte kredieten met bijna 7%.
  • Ook in bedrag werd er in het vierde trimester van 2021 ongeveer 12% minder krediet verstrekt dan in het vierde trimester van 2020. Ook hier is vergelijking met het uitzonderlijke vierde trimester van 2019 moeilijk, maar vergelijking met het meer “normale” jaar 2018 leert dat er een stijging kan vastgesteld worden met bijna 8%.
  • Er werden in totaal meer dan 62.000 kredieten verstrekt voor een bedrag van bijna 10 miljard EUR (excl. herfinancieringen).
  • Het aantal externe herfinancieringen bleef ook in het vierde trimester van 2021 vrij hoog. Er werden in het vierde trimester van 2021 meer dan 8.600 externe herfinancieringen verstrekt voor een bedrag van 1,1 miljard EUR.  
  • Het gemiddelde bedrag van de kredieten voor aankoop + verbouwing kent na de forse opstoot in het vorige trimester een lichte daling tot 212.000 EUR. Het gemiddelde ontleende bedrag voor de aankoop van een woning daalde in het vierde trimester van 2021 ook licht tot meer dan 185.000 EUR. Het gemiddelde bedrag voor een bouwkrediet bereikte in het vierde trimester van 2021 ongeveer 205.000 EUR.
  • In het vierde trimester van 2021 kozen opnieuw meer dan 9 van de 10 kredietnemers (93%) voor een vaste rentevoet of een veranderlijke rentevoet met een initiële periode van rentevastheid van minimum 10 jaar. In nauwelijks 0,5% van de gevallen werd nog geopteerd voor een krediet met een jaarlijks veranderlijke rentevoet.

I. Aantal kredietaanvragen in het vierde trimester

 

Het aantal kredietaanvragen, zonder deze die betrekking hadden op een externe herfinanciering, kende in de loop van het vierde trimester van 2021 een daling met ongeveer 7% ten opzichte van hetzelfde trimester van vorig jaar. Het onderliggende bedrag van de kredietaanvragen daalde echter minder sterk, namelijk met 2,6%.

De daling van het aantal kredietaanvragen was niet uniform. De kredietaanvragen voor de aankoop van een woning (-2.100) daalden met -3,8%, deze voor de aankoop + renovatie van een woning (-1.600) met -23%, deze voor de renovatie van een woning (-2.900) met -15% en deze voor andere doeleinden (-900) met 13,5%. Het aantal aanvragen voor kredieten voor de bouw van een woning (+180) kende als enige een lichte stijging met 1,4%. Het aantal aanvragen voor externe herfinancieringen kende een daling met ongeveer 10%.

garage, bouwgrond, ...

II. Aantal verstrekte kredieten in het vierde trimester

 

Vergeleken met het sterke vierde trimester van 2020, ingevolge de inhaalbeweging die toen plaatsvond na een zwakke eerste jaarhelft ingevolge de coronapandemie, zijn de verstrekte hypothecaire kredieten in het vierde trimester van 2021 vanzelfsprekend fors gedaald, met name -16% in aantal en -12% in bedrag.

Vergelijking met het absolute recordtrimester Q4 2019 (ingevolge de aangekondigde afschaffing van de woonbonus in Vlaanderen vanaf 2020) is moeilijk, maar ook vergeleken met het vierde trimester van het meer “gewone” jaar 2018 is er toch ook nog een daling van het aantal verstrekte kredieten met bijna 7%.

Ook in bedrag werd er in het vierde trimester van 2021 ongeveer 12% minder krediet verstrekt dan in het vierde trimester van 2020. Ook hier is vergelijking met het uitzonderlijke vierde trimester van 2019 moeilijk, maar vergelijking met het meer “normale” jaar 2018 leert dat er een stijging kan vastgesteld worden met bijna 8%.

III. Evolutie van het aantal kredieten per bestemming

 

Er werden in het vierde trimester van 2021 iets meer dan 62.000 nieuwe kredieten verstrekt voor een totaalbedrag van ongeveer 10 miljard EUR – externe herfinancieringen buiten beschouwing gelaten.

Vergeleken met 2020 is dit zoals gezegd een daling met ongeveer 16% in aantal contracten en met ongeveer 12% in overeenstemmend bedrag, en dit over omzeggens alle bestemmingen heen (behalve de bouwkredieten). Vergelijking met het uitzonderlijke jaar 2019 (ingevolge de afschaffing van de woonbonus in Vlaanderen) is moeilijk, maar vergelijking met het vierde trimester van het meer “normale” 2018 geeft een gemengd beeld: het aantal kredieten voor de aankoop van een woning (-5.438) lag in het vierde trimester van 2021 meer dan 14% lager dan in het vierde trimester van 2018. Het aantal kredieten voor aankoop met verbouwing (-269) kende een daling met iets minder dan 10%, net als het aantal kredieten voor andere doeleinden (-426, hetzij -8,6%). Het aantal renovatiekredieten (+309, hetzij +2,5%) en het aantal bouwkredieten (+1.150, hetzij +13,3%) kenden daarentegen een stijging ten opzichte van het vierde trimester van 2018.

Daarnaast lag in het vierde trimester van 2021 het aantal externe herfinancieringen merkelijk lager dan in het vierde trimester van 2020. Toch werden nog ongeveer 8.600 externe herfinancieringen verstrekt voor een totaal bedrag van 1,1 miljard EUR.

IV. Sterke stijging van de gemiddelde bedragen in enkele jaren

 

Het gemiddelde bedrag van een krediet voor de bouw van een woning klokte in het vierde trimester van 2021 af op ongeveer 205.000 EUR. Dit vormt een stijging met ongeveer 25.000 EUR (+15,7%) op drie jaar tijd.

Het gemiddelde bedrag van een krediet voor de aankoop van een woning + renovatie is in het vierde trimester licht gedaald tot ongeveer 212.000 EUR. Ondanks die daling is er op 3 jaar tijd toch een stijging met zo’n 17.000 EUR (+8,7%), en zelfs met bijna 27.000 EUR (+14,4%) op 5 jaar tijd.

Het gemiddelde bedrag van een krediet voor de aankoop van een woning bereikte in het vierde trimester van 2021 na een lichte daling iets meer dan 185.000 EUR. Ook hier de vaststelling dat er op 3 jaar tijd een stijging is met 25.000 EUR (+15,7%) ten opzichte van eind 2018.

Het gemiddelde bedrag van de renovatiekredieten kende de sterkste stijging: van ongeveer 54.500 EUR einde 2018 tot ongeveer 74.000 EUR (+35,7%) einde 2021. Een stijging met 19.500 EUR in drie jaar. Ten opzichte van einde 2016, dus op 5 jaar tijd, is er zelfs een stijging met 29.500 EUR, hetzij 66,4% ten opzichte van het gemiddelde bedrag van toen (44.477 EUR).

V.Vaste rentevoet blijft de voorkeur wegdragen

 

In het vierde trimester van 2021 kozen opnieuw meer dan 9 op 10 kredietnemers (93%) voor een vaste rentevoet of een veranderlijke rentevoet met een initiële periode van rentevastheid van minimum 10 jaar. Iets meer dan 6% van de kredietnemers opteerde voor een veranderlijke rentevoet met een initiële periode van rentevastheid tussen 3 en 10 jaar. Het aantal kredietnemers dat voor een jaarlijks veranderlijke rentevoet opteerde viel terug tot nauwelijks 0,5%.

Rekening houdend met de nog steeds zeer lage rentevoeten (zie grafiek hierna) blijft de Belgische consument dus in overgrote mate kiezen voor zekerheid. Het aantal personen dat nog opteert voor een veranderlijke rentevoet blijft laag, zeker wat de jaarlijks veranderlijke rentevoet betreft. Maar ook in geval van een veranderlijke rentevoet wordt de consument door de wetgeving ten zeerste beschermd. Zo kan de veranderlijke rentevoet na aanpassing aan de evolutie van de toepasselijke referte-indexen nooit meer bedragen dan het dubbele van de initiële rentevoet.

Verantwoorde hypothecaire kredietverlening blijft het uitgangspunt

 

De kredietsector is en blijft zich ervan bewust dat hypothecaire kredietverlening met grote zorg moet gebeuren en dat verantwoorde kredietverlening het absolute uitgangspunt moet blijven.  Op dat punt zit de sector op dezelfde lijn als de toezichthouder: de kredietverstrekkers moeten de nodige voorzichtigheid aan de dag leggen om enerzijds maximaal te vermijden dat individuele kredietnemers te omvangrijke leningen zouden aangaan, en anderzijds op termijn de financiële stabiliteit te vrijwaren.